Les 4 De Polyvagaal theorie

Naast het onderscheid in een sympathisch en een parasympathisch zenuwstelsel bestaat er nóg een indeling in verschillende stresssystemen: de Polyvagaal theorie. Hierbij wordt het parasympathisch zenuwstelsel onderverdeeld in de ‘primaire vagus’ en de ‘intelligente vagus’. Samen met het sympathische zenuwstelsel richten deze drie stelsels zich op verschillende delen van het lichaam:

  • Intelligente vagus: richt zich op hoofd en borstgebied. Heeft te maken met sociale interactie

  • Sympathicus: richt zich op de romp en de ledematen. Heeft te maken met begrenzen, vechten en vluchten

  • Primaire vagus: richt zich op het bekken en de buik (incl. ingewanden). Heeft te maken met veilig/onveilig voelen en bevriezen.

Stel, er dient zich een stressvolle situatie aan: je wordt lastig gevallen op straat door een groep jongeren. Volgens bovenstaande indeling maken we eerst gebruik van de intelligente vagus. Met het idee dat het probleem verholpen kan worden door te interacteren met andere mensen. In dit geval door het gesprek met de jongeren aan te gaan.

Lukt dit niet en/of is de stressvolle situatie te overweldigend, bijvoorbeeld als de jongeren een dreigende houding aannemen en beginnen te trekken en te duwen, dan schiet de sympathicus aan. Bijvoorbeeld door hard weg te rennen bij de jongeren vandaan. Lukt dat ook niet, dan reageert de primaire vagus en bevriezen we.