Les 2 Oefeningen in te zetten bij het denken

Denken zit ons vaak in de weg als we het ‘voelen’ meer willen toelaten in ons leven. Hierbij wordt weleens de vergelijking gemaakt tussen ‘harde krachten’ en ‘zachte krachten’. Waarbij het denken behoort tot de ‘harde krachten’ en het voelen tot de ‘zachte krachten’.  Zoals we weten, krijgen de ‘harde krachten’ al snel de overhand en worden ze dominant in ons leven. Om deze dominantie tegen te gaan is het zaak om de positie van ‘getuige’ te gaan leren innemen: het zonder oordeel ervaren van wat zich voordoet. Deze positie betekent dat je oordeelloos gadeslaat waar je aandacht zich op richt of naar toe getrokken wordt. Waardoor er ruimte komt om meer te gaan voelen.

Oefening 1 Gedachten tellen

Dit doe je wandelend in de natuur of gewoon op straat. Het is niet erg als je afgeleid wordt door de dingen die om je heen gebeuren. Dat maakt de oefening extra spannend.

1) Begin met de gedachten die je je bewust wordt een getal te geven.
2) Als je onderweg de tel kwijtraakt begin je gewoon weer bij 1.
3) Trek voor deze oefening ongeveer een half uur uit.

Deze oefening kan lastiger zijn dan je denkt. Blijf hem doen totdat het je lukt.

Oefening 2 Gedachten sorteren

Je verdeelt de gedachten die voorbijkomen in 7 categorieën. Dit zijn:

1) Materie: alle gedachten die gaan over spullen, dingen, lichamelijke aspecten, kortom alle zaken die tastbaar zijn, die je zou kunnen kopen.

2) Relaties: gedachten over familie, vrienden, je partner, kinderen kortom iedereen van wie je houdt of waar je ‘iets’ voor voelt, horen hier thuis. Het is het vakje van affectie.

3) Werk: deze gedachten houden verband met je plek in de groep, bv. over je werk, je sociale positie of je plaats in de groep. Steekwoord is hierbij de ‘pikorde’.

4) Liefde: gedachten over liefde (dat is iets anders dan affectie). Gedachten over dingen die je belangeloos doet, over het helpen van mensen of over er eenvoudigweg voor mensen zijn. Het grote geheel en hoe je daarmee verbonden bent is het beeld dat je voor ogen kunt houden.

5) Acties: gedachten die verband houden met acties, handelingen of hoe dingen functioneren, Het gaat hierover hoe jij als mens je uitdrukt in de wereld. Expressie en verandering zijn de steekwoorden.

6) Planning: alle plannenmakerij behoort tot deze categorie.

7) Identiteit: doe hier maar alle overige gedachten in. Eigenlijk gaat dit vakje over identiteit, maar dat is vaak toch al een ratjetoe zodat we dit vakje als restcategorie zullen gebruiken.

Trek hier een uur/ anderhalf uur voor uit bij een wandeling in de natuur of in de stad. Probeer geen sturing te geven aan je gedachten die zich in je hoofd vormen. Wees je alleen bewust van wat je denkt.

Als je thuiskomt, ga je de gedachten sorteren. Over welke categorieën gingen de meeste gedachten? Welke vakjes zijn overvol of helemaal leeg?