Mensen slapen gemiddeld tussen de 7 en 8 uur. Althans dit is wat mensen gemiddeld nodig hebben. Hoeveel slaap iemand nodig heeft en hoe goed en snel iemand herstelt van slaaptekort is in belangrijke mate genetisch en op moleculaire gronden bepaald. Een heel klein percentage mensen heeft een genetische afwijking die maakt dat ze goed kunnen functioneren en leven met 6,25 uur slaap. De korte slapers kenmerken zich veelal door een hogere delta power, sneller daling van melatonine en juist snellere stijging van cortisol in vergelijking met lange slapers. [R. Pellegrino 2014]. Wat gebeurt er dan eigenlijk is een vraag die hier opkomt. Wat maakt nu dat zij anders slapen dan anderen zonder deze genetische afwijking? Om dit te begrijpen is het zeer belangrijk en vooral interessant om te kijken wat slapen precies is qua proces.
Slaap is om te beginnen niet 1 proces maar betreft een reeks van processen die zich herhalen in terugkerende cycli met een duur van 90 tot 110 minuten. In 7 tot 8 uur doorloopt een mens zodoende 4 a 5 complete cycli.
Een slaapcyclus bestaat uit een aantal stadia en die volgen altijd in dezelfde volgorde. Als de stadia allemaal doorlopen zijn start het weer van voren af aan tot we wakker worden.